DE KWEEK 2 door Jan van Overmeeren

Algemeen

Dit verhaal is een aanvulling op (of eventueel een wijziging van) het reeds eerder verschenen artikel: “De kweek” (BEC-info 2/2008 blz. 66). Zie ook BEC webpagina:www.bec-info.com. Het betreft voornamelijk zaadeters, in mijn geval Major Putters.

Het eivoer

Zoals vermeld in het artikel “De kweek” bestaat bij mij het eivoer uit 50% basis voer en 50% Orlux eivoer voor cultuurvogels. De toevoegingen zijn gewijzigd, te weten: een schep Gistocal. De reden hiervoor is dat door het regelmatig aanzuren van het water de kalkhuishouding bij de vogels aangetast kan worden. Verder voeg ik een schep knoflookpoeder toe. Knoflook zorgt voor een verandering van het bloed van de vogels*. Het bloed wordt donker en stroperiger en daardoor nemen de bloedmijten (bloedluizen) minder bloed op, waardoor de ontwikkeling en vermeerdering van de bloedmijten wordt afgeremd. (Iets soortgelijks gebeurt wanneer de bloedmijten vitamine B2 binnenkrijgen. Rijk aan vitamine B2 zijn o.a. : zonnebloempitten, eigeel, biergist,kiemzaad,broccoli en bladgroenten.) Verder voeg ik een schepje Breedmax toe. Wat niet in Breedmax zit ten gunste van de vogels moet nog verzonnen worden. Dit alles mengen en kiemzaad toevoegen, en dit mengsel geef ik de vogels het hele jaar door, ongeveer één theelepel per vogel over het zaad. Gedurende de kweekperiode worden pinky’s en ook roerei toegevoegd, de vogels krijgen dan het eivoer apart. Dit eivoer heeft uiteraard een hoger eiwitpercentage. Indien voorhanden worden gedurende de kweekperiode ook paardenbloemknoppen (in de fase van de zaadzetting) verstrekt.

Voorkomen van ziekten en ectoparasieten

Zorg voor droge vogelruimten, bijvoorbeeld door beton op de grond.Als bodembedekker gebruik ik tegenwoordig, zoals meerdere kwekers, krantenpapier. Minstens tweemaal per week wordt dit vervangen. In hetzelfde ritme zitstokken, drinkflesjes en voerbakjes opschonen, zoals de Belgen zeggen. De kweekruimten worden in het najaar,de vogels zitten dan in een aparte uitvliegruimte, schoongemaakt en voorbereid voor de komende kweek. Als de vogels in de kweekruimten zijn,worden de uitvliegruimten behandeld. Dit betekent allereerst uitschrobben met warm water waaraan b.v. chloor is toegevoegd. Vervolgens met de stoomspuit alles nalopen, laten drogen en dan met verdunde Dettol alles bespuiten. (Dettol is een desinfecteermiddel wat ook in de medische wetenschap wordt gebruikt). Na opdrogen bespuiten met Finecto+. (Dit is een middel op silica basis. Bij de rode vogelmijt, die zuurstof opneemt via openingen in de rug,worden deze openingen middels de silica afgesloten en sterft het beestje*.) Voor mij zijn de ruimten dan gebruiksklaar. Voor de kweek worden de ophangingen van de nestjes en van de zitstokken behandeld met een menging van vaseline en zonnebloemolie. Deze menging is dusdanig dat hij goed uitstrijkbaar is met b.v. een schilderskwastje. Door het aanbrengen van deze menging probeer ik zoveel mogelijk een barrière op te gooien zodat de evt. bloedmijten niet bij de vogels kunnen komen. Als de vogels bezig zijn met de nestbouw spuit ik onder het aangebrachte nestmateriaal Home Shield. Dit is ook een product op silica basis. Vlak voor de kweek begint, krijgen de vogels Oramec in het drinkwater, 5 milliliter per liter drinkwater. Dit kan elke 3 maanden worden herhaald. Voorzichtigheid is echter geboden. Oramec is een product op basis van Ivermectine. Ik geef de Oramec* eenmalig vóór de kweek. Gedurende de kweek en erna geregeld controleren op mijten en spuiten met Finecto+.

Preventieve middelen tegen ziekte

Combi-Mix Dit middel wordt gebruikt voor het verlagen van de zuurgraad (pH-waarde). De organische zuren uit Combi-Mix worden in de darm afgebroken en kunnen daar worden opgenomen. Hierdoor treedt er een verlaging van de pH-waarde in het maagdarmkanaal op. De afgifte van diverse verteringssappen wordt hierdoor gestimuleerd en het voedsel wordt beter en sneller verteerd. Dit resulteert in een betere voedselomzetting en een verbeterde eiwit- en zetmeelvertering. Combi-Mix is werkzaam tegen E-coli, salmonella, clostridium en campylobacteriën. Het product is volledig biologisch afbreekbaar. Aanbevolen dosering: 1-3 ml op 1 liter water. In rusttijd: 2 dagen aaneen per week geven. In kweektijd: 2 dagen Combi-Mix, 2 dagen water, 2 dagen Combi-Mix, 2 dagen water enz. Begin met 1ml op 1 liter water, na een week 1,5 ml op 1 liter water enz. De dosering van Combi-Mix is afhankelijk van de pH-waarde van het drinkwater en van de verlangde pH-waarde, van hard of zacht water, met veel of weinig kalk. Er zijn ook vogelliefhebbers die b.v. 5 dagen aaneen Combi-Mix geven in een dosering van 1,5 ml op 1 liter water. Als u onder een pH-waarde van 4,5 zit, kunnen bacteriën zich niet tot nauwelijks meer ontwikkelen en/of groeien. Het is een prima middel om uw vogels gezond te houden en voor het opbouwen van weerstand. Door het aanzuren van drinkwater is de behoefte aan kalk (vogelgrit) en vogelmineralen groter. Zorg daarom dat dit altijd ter beschikking is. Kiemzaad kan een bron van infectie zijn. Doe daarom 3-4 ml Combi-Mix in het water zodat de pH-waarde ongeveer 4,0 is. Na 3 uur verversen, opnieuw herhalen en na 3 uur goed uitspoelen onder de kraan. U heeft nu steriel kiemzaad. Ook goed tegen kalkpoten en vederluis in badwater. Tip: meng 2 ml Combi-Mix met 1 liter water. Laat uw pH-waarde even controleren bij een tuincentrum of vijverspecialist.

Propolis

In BEC-info 6/2011 blz. 235 is uitgebreid ingegaan op propolis. Deze kitstof wordt door de bijen gemaakt van o.a. de harsen en sappen van vooral populieren en berken. Propolis bevat veel stoffen, flavonoïden, die een natuurlijke werking tegen ziektekiemen bezitten. Deze werken bij zowel mens als dier tegen bacteriën, virussen en schimmels, stimuleren het afweersysteem van het lichaam, remmen ontstekingsreacties en bevorderen wondgenezing. Ook versterken ze de werking van antibiotica en vitamines. Brandnetelthee (zie:www.theeshop.nl/kruidenthee) Brandnetelthee is bloedzuiverend en helpt bij het verwijderen van gifstoffen uit het bloed en is ook goed voor de blaas. Daarnaast is het een goede bron van vitamine A en C en bevat ijzer, kiezelzuur en magnesium. Het heeft een positieve werking op de gewrichten. Paardenbloemthee (zie:www.theeshop.nl/kruidenthee) Het kruid prikkelt de nieren en de lever tot grotere activiteit en heeft een gunstige invloed op het bindweefsel dat sterker  doorbloed wordt. Veelal gebruikt bij een voorjaars- en herfstkuur. Werkzame stoffen o.a.: vitamines, bitterstoffen,enzymachtige stoffen, saponine, looistof, mineralen enz. Bij uitstek iets voor de putter. Wie nog nooit putters op paardenbloemen heeft gezien, heeft iets gemist. Mariadistelthee (zie:www.theeshop.nl/kruidenthee) Werkzame stoffen: bitterstoffen, etherische olie, harsen, tyramine, histamine en flavonen. Voor de werking is de belangrijkste stof silymarine (silybine): een flavonoïde verbinding die een beschermende werking op de lever heeft. De stoffen van dit kruid beschermen de lever en werken tegen leververvetting.

Toepassing preventieve middelen

Beginnen wil ik met de mededeling dat ik in het voorjaar en najaar gedurende 4 weken de vogels kuur met een menging van paardenbloem- en brandnetelthee. En alleen dat. In een theepotje doe ik een eetlepel van deze menging. Hierop wordt kokend water gegoten en vervolgens 20  minuten laten inwerken (trekken).Middels een fijne zeef wordt dan de thee in een literfles gedaan. De resterende lege ruimte in de fles wordt aangevuld met water. Zo krijgen de vogels het te drinken. De rest van het jaar wordt het water aangezuurd met Combi-Mix gedurende 2 dagen in de week. Vervolgens Propolis 10  druppels/liter gedurende 2 dagen. De overige 3 dagen wordt Mariadistelthee gegeven. Van het verstrekken van apart mariadistelzaad zoals ik vroeger deed ben ik afgestapt. Bij de thee heb ik meer zekerheid dat iedere vogel een hoeveelheid binnenkrijgt van het goede uit de mariadistel. Overigens gelijktijdig met de thee voor de vogels, neem ik die dag ook zelf de thee. Dit is nog eens een samenhorigheidsgevoel met de vogels. Bij dit alles zeer alert zijn bij het afzetten van de jonge vogels. In het stadium tot en met de rui zijn ze o.a. zeer gevoelig voor coccidose. In die periode kuur ik extra met Baycox en/of EsB3. Normaal doe ik dat bij de oudere vogels 2 à 3 keer per jaar. De jonge vogels, na het afzetten tot en met de rui, maandelijks of  om de 2 weken. (* zie boek “Bloedluis en ectoparasieten”

van Harry van Rooy)